Vaccins
In België wordt het hepatitis B-vaccin aanbevolen voor zuigelingen en adolescenten, bepaalde categorieën patiënten, bepaalde categorieën werknemers, reizigers naar bepaalde bestemmingen en bepaalde risicogroepen. Het vaccin tegen hepatitis B beschermt ook indirect tegen hepatitis D.
Het vaccin tegen het hepatitis A virus wordt vooral aanbevolen voor personen die naar endemische gebieden reizen, voor MSM (mannen die seks hebben met mannen), voor bepaalde categorieën patiënten en voor werkenden in de voedselketen.
Er bestaat geen vaccin tegen het hepatitis C virus. De preventie van een HCV-infectie gebeurt dus door het risico van blootstelling aan het virus te verminderen (preventieve maatregelen tijdens de injectie van drugs en bij seksuele betrekkingen).
In China werd een vaccin tegen het hepatitis E virus goedgekeurd, maar voor de Europese markt werd het niet vergund.
Screening
Voor de preventie van hepatitis B en hepatitis C is screening van belang. Voor meer informatie, zie de webpagina ‘Diagnose’.
Andere preventieve maatregelen
Om hepatitis A en E te voorkomen, zijn handhygiëne en voedselhygiëne van cruciaal belang. In het geval van hepatitis E moeten ook bepaalde vleessoorten (varkensvlees, wild, enz.) worden vermeden als ze niet op de juiste wijze zijn bereid.
Preventieve maatregelen tegen hepatitis B en C omvatten bewustmakings- en informatiecampagnes, risicobeperkende maatregelen zoals naalden- en spuitomruilprogramma’s en opiaatsubstitutietherapieprogramma’s, en de bevordering van veiliger seks door het gebruik van condooms.
Er bestaat ook een profylactische behandeling om overdracht van hepatitis B van moeder op kind te voorkomen.
Ten slotte is de behandeling van geïnfecteerde patiënten (HBV en HCV) ook een doeltreffende manier om de overdracht van deze infecties te verminderen.